Doe het werk van een evangelist
Lees 2 Timoteüs 3:10 - 4:5
Het was vrijdag 26 juli 2019 toen ik in Liempde het conferentieterrein van New-wine verliet.
Ik wist dat ik naar deze conferentie toe moest om wat te ontvangen. Na een week conferentie wist ik niet wat God mij wilde zeggen. Iets wat teleurgesteld raapte ik een weggegooid papier op. Toen ik dit in een vuilnisbak wilde gooien, zag ik dat er een tekst op stond: 'Doe het werk van een evangelist', de opdracht die Timoteüs van Paulus ontvangt in 2 Tim.4:5.
Direct wist ik dat de Heer mij dit wilde vertellen. Misschien zat er nog een andere boodschap in verborgen, namelijk dat Hij geen conferenties en profetische bijeenkomsten nodig heeft om mij te bereiken.
Vanaf dat moment heb ik het evangelisatiewerk weer trouw opgepakt, echter bij mij bleef altijd de vraag: 'Wat is het werk van een evangelist?'
Van uitgaande dat Timoteüs trouw is gebleven aan de opdracht van Paulus, mogen wij aannemen dat zijn handel en wandel antwoord geeft op onze vraag.
We zijn bezig in een serie waarin wij ons afvragen hoe Jezus Zijn kerk heeft bedoeld.
We kwamen uit bij een soort blauwdruk met instructies als Hij de 72 discipelen uitzendt in Lucas 10. Zo ontdekten we ook dat er zonen en dochters van vrede zijn die bijna direct in hun eigen huis en stad aan het werk gaan, om vervolgens op zoek te gaan naar een andere zoon of dochter van vrede, die vervolgens weer in zijn of haar eigen huis met een groep aan de slag gaat.
Met deze ontdekking gaan we de opdracht van Paulus aan Timoteüs in 2 Tim. 2:2 ook beter begrijpen: 'En wat u van mij gehoord hebt onder vele getuigen, vertrouw dat toe aan trouwe mensen die bekwaam zijn om ook anderen te onderwijzen.'
Oftewel, discipelen maken, zodat zij ook weer discipelen maken.
Na deze opdracht, zoemt Paulus in op al het verderf wat gaat komen in de laatste dagen, om vervolgens af te sluiten met de woorden:
'Maar jij, wees in alle opzichten waakzaam en verdraag het lijden. Doe het werk van een evangelist en vervul je bediening.' 2 Timoteüs 4:5
We mogen constateren dat Timoteüs ook een zoon van vrede is, die als een leerling nauwgezet zijn meester volgt.
Als het basisprincipe van kopiëren uit 2 Tim.2:2 klopt en we kijken terug, dan kunnen we ook naar het leven van Paulus kijken, maar ook naar het leven van de 72 discipelen en dat van de 12 apostelen en uiteraard naar Jezus. Tegelijkertijd mogen we ook vooruit kijken naar de leerlingen van Timoteüs.
Het is hetgeen Jezus liet zien, waarvan Hij aan ons vraagt of wij dat nauwgezet willen navolgen.
Maar we zijn toch niet allemaal apostel?
Inderdaad, dat zijn we niet allemaal. Maar zou het zo kunnen zijn dat Jezus ons een universeel principe toont wat geldt voor apostelen en profeten, de fundament-leggers van het bouwwerk waar Christus zelf de hoeksteen van is? (Efeze 2:19-21)
Een universeel principe wat ook geldt voor 72 discipelen, mogelijk gewone leerlingen van Jezus, die nadoen wat de apostelen doen.
Niet voor niets zegt Paulus tegen Timoteüs: 'Elk Schriftwoord, dat door de Geest is opgeschreven, is nuttig om te onderwijzen, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de gerechtigheid, opdat de mens van GOD volmaakt zal zijn, tot alle goed werk volmaakt toegerust.' 2 Timoteüs 3:16-17
Paulus zegt dit, omdat hij weet dat er een andere tijd zal komen: 'Want er zal een tijd komen waarin men niet meer naar de gezonde leer zal luisteren, maar dat zij voor zichzelf tal van leraren zullen zoeken om hun gehoor te strelen. Zij zullen hun oren van de waarheid afwenden en afdwalen naar fabels.' 2 Timoteüs 4:3-4
In die tijd leven wij nu!
We worden niet allemaal geroepen om oudsten toe te rusten en aan te stellen in huizen, maar wel om Gods Woorden na te volgen en deze door te geven.
Navolgen: Efeziërs 5 :1 'Wees daarom navolgers van God, als geliefde kinderen, en wandel in de liefde, zoals ook Christus u heeft liefgehad en Zich voor ons heeft overgegeven als een offer en slachtoffer aan God, een aangename geur.'
Doorgeven: 1 Petrus 3:15 'Wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en ontzag.'
Bidden en danken:
* Heer wij danken U voor Uw voorbeeld en dat U de hoeksteen bent van het huis, een heilige tempel in de Heere, opgebouwd tot een woning van God in de Geest. (Ef2:21-22)
* Wij danken U dat wij gebouwd zijn op het fundament van de apostelen en profeten, opdat er op ons ook weer gebouwd kan worden.
* Heer wij bidden U dat Uw kerk dit principe gaat zien en erkennen, zodat ieder individu, iedere levende bouwsteen, zijn of haar bijdrage gaat leveren aan het bouwwerk.
* Heer doorbreek de leugens die leiden tot enkel consumeren, laat Uw kerk een levende kerk worden waar oneindig op gebouwd kan worden.
* Heer geef nieuw zicht op Uw principes van kopiëren, Uw principes van navolging, op maat gesneden voor elk individu.
* Heer wij willen U danken en prijzen dat U ieder geeft naar zijn of haar gaven en naar de mate dat een ieder aan kan.
* Heer wij danken U dat U het huis bouwt, want 'Als de HEERE het huis niet bouwt, tevergeefs zwoegen zijn bouwers eraan; als de HEERE de stad niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter.' Psalm 127:1
* Daarom bidden wij om onze stad waarin wij wonen te bewaren en danken U voor de stad met Paarlen poorten die U ons in het vooruitzicht stelt.

